De kerk is eigendom van de Protestantse gemeente te Boazum. Deze gemeente maakt onderdeel uit van de protestantse streekgemeente de Slachsang, waartoe ook de protestantse gemeente Lytsewierrum/Rien en de protestantse gemeente Britswert, Wiuwert, Easterwierrum behoren. De protestantse gemeente van Boazum telt ongeveer 70 leden.
Voor nadere informatie zie: https://deslachsang.protestantsekerk.net
Geert Mak laat de geschiedschrijving in zijn boek “Hoe God verdween uit Jorwert” over aan de verschillende personen uit Jorwert die hun eigen verhaal vertellen. Wat in dat boek wordt beschreven kan model staan voor wat zich in dezelfde periode in de dorpen in de wijde omgeving van Jorwert heeft afgespeeld.
Voor 1970 kende Boazum nog vrijwel geen forensen. De meeste inwoners waren economisch gebonden aan het dorp dat nog een eigen middenstand had. Ieder dorp had ook zijn eigen kerk. Boazum had zelfs drie kerkgebouwen. In Easterwierrum stond naast de Hervormde een R.K. kerk. In Reahus alleen een R.K. kerk.
In 1992 is de Gereformeerde (streek)kerk van Boazum gefedereerd met de Hervormde gemeente van Boazum. De gereformeerden hebben zich daarna aangesloten bij de Hervormde gemeente in hun eigen dorp. Het kerkgebouw van de gereformeerde kerk in Boazum is daarna afgebroken.
Op 1 januari 2002 is de Samen op Weg-gemeente de Slachsang gevormd, nu Protestantse Streekgemeente de Slachsang. Het is een samenvoeging van de Protestantse gemeente te Lytsewierrum waartoe ook Rien en een deel van Reahus behoort, de Protestantse gemeente te Britswert-Wiuwert-Easterwierrum, en de Protestantse gemeente te Boazum.
Er is voor gekozen om de samenvoeging geleidelijk tot stand te brengen. Zo lang dat mogelijk is wordt het beheer per dorp gevoerd, waarbij de diaconie wel direct tot één geheel is samengevoegd. De Hervormde gemeenten van Easterwierrum en Britswert-Wiuwert zijn per 1 januari 2003 samengegaan.
De streekkerkenraad van de Slachsang wordt gevormd door ambtsdragers uit de verschillende dorpen. De kerkenraad acht het van groot belang dat er naast gezamenlijke diensten zoveel als mogelijk iedere zondag dienst in de afzonderlijke dorpen wordt gehouden. De kerk moet een levende gemeente in ieder dorp blijven, waarbij randkerkelijken ook zoveel mogelijk worden betrokken.
De streekkerkenraad wil, voor zover dat binnen haar vermogen ligt, de voorwaarden scheppen voor een plaatselijk kerkelijk leven met een eigen kleur die bij dat dorp past. Deze constructie (“gezamenlijk bestuur, plaatselijke uitwerking”) is van veel belang. Een sterk gezamenlijk bestuur biedt op deze manier kansen aan het plaatselijk kerkelijk leven. Als de kerk uit het dorp verdwijnt wordt het laatste licht van het verenigingsleven uitgedraaid.
De financiën en het beheer van de bezittingen worden zo lang mogelijk plaatselijk geregeld. Het vaststellen van het beleid en het goedkeuren van de begrotingen en de rekeningen behoort tot de bevoegdheid van de streekkerkenraad.